Vaderlandsche letter-oefeningen1842 |
この書籍内から
検索結果1-5 / 85
2 ページ
... hart met zich om voor het lijden der menschheid . Er is voor hem , benevens den tijd om te lagchen , ook een ' anderen om te weenen . En gelijk hij zich gaarne in het huis der maal- tijden begeeft , om anderer vreugde door het genot der ...
... hart met zich om voor het lijden der menschheid . Er is voor hem , benevens den tijd om te lagchen , ook een ' anderen om te weenen . En gelijk hij zich gaarne in het huis der maal- tijden begeeft , om anderer vreugde door het genot der ...
7 ページ
... hart des dwazen moge ter zijner slinkerhand zijn , dat des wijzen is hem ter regter- hand ; dat is , het wijst hem in alles het regle spoor ; hij heeft in zijne levenswijsheid den besten gids en raadsman immer bij zich . Mag ik er al ...
... hart des dwazen moge ter zijner slinkerhand zijn , dat des wijzen is hem ter regter- hand ; dat is , het wijst hem in alles het regle spoor ; hij heeft in zijne levenswijsheid den besten gids en raadsman immer bij zich . Mag ik er al ...
9 ページ
... hart , om altijd te weten , hoe zich te ge- dragen . Men moet vrij wat maskers hebben onder de oogen gezien , en door vrij wat valschen schijn hebben we- ten henen te dringen , om het leven , ontdaan van allen valschen tooi en ...
... hart , om altijd te weten , hoe zich te ge- dragen . Men moet vrij wat maskers hebben onder de oogen gezien , en door vrij wat valschen schijn hebben we- ten henen te dringen , om het leven , ontdaan van allen valschen tooi en ...
46 ページ
... - zelven betrof ; terwijl de oude HANS daarentegen het hart altijd op de tong had . Nimmer hoorde men STEVEN zeggen : Dit of dat zal ik doen . " Als er iets te doen was , dan sloop hij stil heen en deed het , maar liet zich 46 DE LOODS.
... - zelven betrof ; terwijl de oude HANS daarentegen het hart altijd op de tong had . Nimmer hoorde men STEVEN zeggen : Dit of dat zal ik doen . " Als er iets te doen was , dan sloop hij stil heen en deed het , maar liet zich 46 DE LOODS.
54 ページ
... hart , meen ik , is van nature tot het goede gevormd ; tot aanbidding van de Bron van al dat goede , heerlijke en weldadige , dat ons omringt , geneigd ; willig tot vervulling van Gods wil en wet . Liefde was zeker het beginsel der ...
... hart , meen ik , is van nature tot het goede gevormd ; tot aanbidding van de Bron van al dat goede , heerlijke en weldadige , dat ons omringt , geneigd ; willig tot vervulling van Gods wil en wet . Liefde was zeker het beginsel der ...
他の版 - すべて表示
多く使われている語句
alles armen Bessarabië bijna bijzonder BLASCO DE GARAY bragt Carlistische Christendom derzelver deszelfs dezelve dezer dien dier Donau Doode Zee eener eenige eilanders eindelijk elkander Fransche gebragt gedurende geest geheel gelijk geluk genoeg gevoel gezigt goed groote hart Heer heid hetgeen hetwelk hetzelve hooger huis hunne hunner iets kleine Koerland kokosnoten Kozakken kunst kwam land Lazzaroni leven ligchaam Lijfland lijk Lord Mayor louis d'or Maarschalk maken MENGELW menigmaal menigte menschen minder moeijelijk moest mogt Moskou naauwelijks nacht Neva noodig officier onze onzer oogenblik Oostzee oude paarden Possagno praauw regt riep rigting Rusland scheen schijnt schoon Serang Siberie slechts stad stond terwijl thans tusschen vader volk vriend vriendschap vrouw waarheid wanneer want water weet weinig weldra wereld wezen wijs wijze wilde woord zaak zeide zeker zelfs zelve zichzelven zien zijde zijner zoodanig zouden zulk
人気のある引用
455 ページ - ... suscipit Anchises atque ordine singula pandit. 'principio caelum ac terras camposque liquentes lucentemque globum Lunae Titaniaque astra Spiritus intus alit, .totamque infusa per artus mens agitat molem, et magno se corpore miscet.
146 ページ - t sonder mijn gedoogh niet voeghelijck en stond: Want (segg ick tegens my) wat heeftse toch bedreven, Die minder menschlickheit daer om sy slaevigh leven, En my bedienen moet ? en waerom ick niet haer ? Heeft haer vooronderen van over menigh jaer, Gemeen...
150 ページ - I)aer tegen wat zijns' ons tot quelling, leed en pijn Die by geboorte van ons gilde niet en zijn; En hoe klein is 't getal van die men met twee ooren, 'k Segg ooren van begrip, begaeft vind en gebooren!
146 ページ - En slaven onder mijn' bevelen moeten zijn, Dier bloed ontwyffelick soo goed is als het mijn. Kan ick daermede min als medelijden hebben, En denkende rond om aen 's werelds vloed en ebben, Beduchten dat de kans kan keeren alle dagh, En sij haest dat ick ben, ick dat sy werden magh?
148 ページ - Ontrent die dooden dan (ghij weet, ick meen myn boecken) Ben ick gedurigh of te vinden, of te soecken. En voelder my nu eerst soo yverigh aen vast, Als hadd icker mijn lang, lang leven na gevast. Nu is 't waer, tyds genoegh heb icker by versleten, Waer ick niet bott geweest, ick hoorde wat te weten ; Maer vinde dat ick pas een dingh te deghe weet, Dat 's dat ick my te deegh een' onden weet-niet heet. Vraegt niet hoe ick het weet : 'k hoeft maer my selfs te vragen : Goed' eters hongeren ; maer niet...
144 ページ - Dat niemant dencken derv' om tweemael te beginnen Daer hy 't gelaten heeft. Soo kerft hij spoedigh af Met snelle vonnissen van toegift of van straf...
145 ページ - tis oock klein gerucht; en stilt' houd' ick in acht Die mijn' Gedachten noo verstoort sie of verkracht, En daer ick niets van waerd' en wacht te konnen hooren, Is swijgen mij een lust en Balsam voor mijn
148 ページ - ... de warmte eens vriends, die zijne nachtrust opoffert, om naar die stemmen uit het grijze verledene te luisteren, met al het zelfverwijt eens veellezers, die er zoo weinig van leerde; wij mogen alleen het laatste aanhalen: Ontrent die dooden dan (ghij weet, ick meen myn boecken) Ben ick gedurigh of te vinden, of te soecken. En voelder my nu eerst soo yverigh aen vast, Als hadd icker mijn lang, lang leven na gevast. Nu is 't waer, tyds genoegh heb icker by versleten, Waer ick niet bott geweest,...
142 ページ - Dit luydt als of daer Stadt en Land verloopen waer, En of ter wereld d' een den and'ren noyt hier naer Sien of ontmoeten sou: maer hoort, besorgde vrinden, Niet heel een straete weeghs en isser scheid te vinden Van 't oud...
146 ページ - Die minder menschlickheit daer om sy slaevigh leven, En my bedienen moet? en waerom ick niet haer? Heeft haer voorouderen van over menigh jaer, Gemeen' of eigen ramp soo heftigh overloopen, Dat het kindskinderen als met den hals bekoopen, En slaven onder mijn' bevelen moeten zijn, Dier bloed ontwyffelick soo goed is als het mijn.